« Néerlandais/Pour adultes/Progressons pas à pas/Leçon 5 : La météo » : différence entre les versions
Contenu supprimé Contenu ajouté
Aucun résumé des modifications |
|||
Ligne 11 : | Ligne 11 : | ||
::''Moniek'': "Maar het gaat toch regenen vandaag?" |
::''Moniek'': "Maar het gaat toch regenen vandaag?" |
||
:''Jan'': "Welnee, het gaat niet regenen. Het wordt zonnig. Laten we naar het park gaan" |
:''Jan'': "Welnee, het gaat niet regenen. Het wordt zonnig. Laten we naar het park gaan" |
||
::''Moniek'': "Goed dan, maar neem wel een paraplu mee, voor het geval het toch gaat regenen". |
::''Moniek'': "Goed dan, maar neem wel een paraplu mee, voor het geval dat het toch gaat regenen". |
||
===Traduction=== |
===Traduction=== |
Version du 27 août 2017 à 15:04
Vocabulaire
- Étudiez vocabulaire de la météo
Conversation
- Jan: "Het is mooi weer!"
- Moniek: "Maar het gaat toch regenen vandaag?"
- Jan: "Welnee, het gaat niet regenen. Het wordt zonnig. Laten we naar het park gaan"
- Moniek: "Goed dan, maar neem wel een paraplu mee, voor het geval dat het toch gaat regenen".
Traduction
- Jean: "Il fait beau temps!"
- Monique: "Mais, il va pleuvoir aujourd'hui, non?"
- Jean: "Mais non, il ne va pas pleuvoir. Il fera soleil. Allons au parc!"
- Monique: "Ah bon, d'accord, mais apporte un parapluie au cas où il pleuvrait".
Progressons pas à pas |